Wonderlijke tijden. Verstoring van de bestaande orde. Wat voor jou belangrijk is wordt bedreigd – en je zoekt steun, houvast, geborgenheid. Je behoefte aan zekerheid groeit, maar waar vind je die nog? De werkelijkheid schreeuwt je toe: ’Je bent op jezelf aangewezen!’ Ben je dus alleen? Nee! Want we zijn hier samen. Niemand is alleen. En we hebben elkaar nodig. Meer dan ooit. Deze tijd vraagt om tevoorschijn komen. Laten zien wie je bent. Je niet meer verschuilen maar meedoen. Inbrengen wat jij kunt bijdragen – door te doen waar jíj blij van wordt. En je door niets of niemand meer bang laten maken. Wanneer je de moed kunt opbrengen om voluit te leven – recht uit je hart, en geholpen door je hoofd – ben je minder alleen dan je denkt. Dan kun je steun, houvast en geborgenheid ervaren. Bij jezelf, en bij de ander. En dan heb je ook wat te geven – dan geef je wie jij in wezen bent.

donderdag, november 01, 2012

Als je in mijn hart kijkt

Twee keer, in 2006 en 2010, was ik lid van de landelijke programmacommissie van een kleine politieke partij. Lekker belangrijk. Frustrerend ook. Want ik heb meegemaakt wat er met bezielde vergezichten gebeurt als de dagelijkse politiek zich ermee gaat bemoeien. Als de kiezer in beeld komt... en een schrikbeeld wordt. Angst voor de kiezer. Daar begint de kloof. En de stagnatie. Gisteren was er een feestje te vieren. Vanwege het nieuwe kabinet. Twee grote partijen die het programma van een kleine partij gaan uitvoeren... Een partij die er ondertussen zelf niet bij is. De partij van de wijsneuzen. De eeuwige twijfelaars. Van de mensen die niet kunnen kiezen, tussen links en rechts. Maar daar ook geen zin in hebben. Omdat het nergens voor nodig is. Maar er is meer te vieren. Het lijkt wel of er een nieuwe stemming ontstaat. Kappûh! Met elkaar de gek houden, met verstoppertje spelen. En crisis helpt. Zestien miljard euro is een geweldige hefboom. Ik gun ons land de grootste crisis die we nodig om nu door te pakken. Om de bezieling terug te vinden die we zo missen. ‘Onze hoofden zijn vol, maar onze harten zijn leeg.’ En je kunt daar zelf iets aan doen. Je hoeft er niet voor op training, of nog een master te halen. Bezieling is verrassend dichtbij. Of ver weg. Laatst hoorde ik in een overleg de meest dodelijke opmerking die een ambtenaar kan maken: ‘Ja, als je in mijn hart kijkt...’ Let wel, dat is niet dodelijk voor een ander. Nee, het is een vorm van langzame en pijnlijke zelfdoding. Want daar gaat je eigenwaarde. Het is een ambtelijke vorm van suïcide. Je doodt er je eigen creativiteit en spontaniteit mee. Uiteindelijk je zelfrespect. Dat wil je toch niet? Het zou wat zijn als elke notitie aan de minister voortaan wordt afgesloten met de zinsnede: ‘Echter, als u in mijn hart kijkt...’ Gun de ander een kijkje in je hart. Dan hoef je niet meer naar de zoveelste opleiding. Want je weet het al. Vertel wat je op je hart hebt. En ben je het even kwijt? Vraag jezelf dan af: Waar ben ik in godsnaam mee bezig? Of: Hoe vertel ik dit vanavond thuis? Kijk in je hart. Voel wat daar te voelen valt. En gebruik dan je kop om er werk van te maken. Gesproken column bij Reuring! Café, 31 oktober 2012

Twitter Delicious Facebook Digg Stumbleupon Favorites More