Wonderlijke tijden. Verstoring van de bestaande orde. Wat voor jou belangrijk is wordt bedreigd – en je zoekt steun, houvast, geborgenheid. Je behoefte aan zekerheid groeit, maar waar vind je die nog? De werkelijkheid schreeuwt je toe: ’Je bent op jezelf aangewezen!’ Ben je dus alleen? Nee! Want we zijn hier samen. Niemand is alleen. En we hebben elkaar nodig. Meer dan ooit. Deze tijd vraagt om tevoorschijn komen. Laten zien wie je bent. Je niet meer verschuilen maar meedoen. Inbrengen wat jij kunt bijdragen – door te doen waar jíj blij van wordt. En je door niets of niemand meer bang laten maken. Wanneer je de moed kunt opbrengen om voluit te leven – recht uit je hart, en geholpen door je hoofd – ben je minder alleen dan je denkt. Dan kun je steun, houvast en geborgenheid ervaren. Bij jezelf, en bij de ander. En dan heb je ook wat te geven – dan geef je wie jij in wezen bent.

zaterdag, november 10, 2007

Trek een lange neus naar alle klagers

We hebben in Nederland de gelukkigste kinderen. En we hebben de rijkste armen ter wereld. We hebben nog nooit zo goed gehad. En we hebben nog nooit zo hard geklaagd. En zijn nog nooit zo bang geweest. Voor elk risico dat we ontdekken bedenken we iets (een maatregel, regeling, wet) om het risico te beperken. Zo kan er bijna niets meer fout gaan in dit land. Net zo goed als je hier bijna niet meer kunt doodgaan. Overlijden in je slaap, zoals Jan Wolkers, is niet voor niets zo'n mooie dood. Want je ligt voor je het weet zomaar een half jaar aan de slangen, om dan alsnog dood te gaan.

Misschien is het onze gehechtheid aan materie die ons zo klagerig en gestresst maakt. Vooral omdat we die materie kwijt zouden kunnen raken. Bovendien stijgt de gemiddelde leeftijd. En oude mensen zijn nu eenmaal eerder bang dan jonge mensen. Dan krijg je van die wonderlijke verschijnselen dat de ervaren veiligheid daalt, terwijl meetbare veiligheid stijgt. (Soort gevoelstemperatuur). Een dodelijke combinatie, die steeds meer zorgen oplevert: steeds meer geld (en de bijbehorende angst om het te verliezen) en een steeds hogere leeftijd (minder flexibel, meer kwetsbaar).

De verzorgingsstaat heeft ons nooit geleerd op eigen benen te staan, misschien zelfs wel afgeleerd. Een soort opvoeding waarbij je weinig zelfstandigheid geleerd wordt, met een moeder die tot je uit huis bent je boterhammen voor school blijft smeren, je op tijd wakker maakt en je bed opmaakt. Dat levert dierentuingedrag op: afhankelijke zwakke mensen die geen idee hebben hoe ze voor zichzelf kunnen zorgen (zonder asociaal te worden) of hoe ze zich moeten redden (zonder een ander te vertrappen).

Mensen die bovendien geleerd hebben dat het voor iedereen alles hetzelfde geregeld moet zijn. Anders is het al gauw 'zielig', 'niet eerlijk' of zelfs 'asociaal'. Dat noemen we gelijkheid. Het is in feite gelijkschakeling. Die leidt er weer toe dat eigen, particulier initiatief op het gebied van zorg en onderwijs door tweederde van onze landgenoten niet wordt gewaardeerd (een uitkomst van het 21minuten onderzoek, zie http://21minuten.nl).

Het netto-effect is een volgevreten land dat tevreden achteroverleunt en ondertussen bang is voor de boze buitenwereld. Verder gaat alles goed! Welkom in NL! Ik had ooit een oom, een hardwerkende tuinder, die wel eens zei: 'Het wordt tijd dat het weer eens oorlog wordt...' Daar bedoelde hij mee: Dan houden mensen misschien op met klagen, omdat ze weer begrijpen waar het in het leven om gaat: in ieder geval niet om materie. (En dat dertig jaar geleden, ten tijde van Joop den Uyl, misschien is het van alle tijden?)

Oorlog hoeft van mij niet, maar misschien is de klimaatverandering wel een blessing in disguise: eindelijk weer eens iets dat echt bedreigend is, dat weer een doel kan geven, dat mensen met elkaar kan verbinden om samen weer iets te gaan ondernemen waar we met elkaar trots op kunnen zijn. Dat is nog eens wat anders dan dat gezeur over Schiphol waar alle schizofrenie en inconsequentie van Nederland prachtig samenkomt (‘Ik wil wel vliegen maar er geen last van hebben’).

Om vrolijk af te sluiten: gelukkig is het land waar de Partij voor de Dieren twee zetels heeft in het parlement. Dan is het voor 'de mensen in het land' blijkbaar ‘godallemachtigprachtig’ geregeld. Er is ongehoorde vooruitgang. Vooral materieel. En dat levert veel verwende mensen op. Die (waarschijnlijk?) geen idee hebben hoe goed ze het hebben. Idee voor de middelbare scholen: werkweken voortaan in Afrika. Met nadruk op werk. Dat is nog eens een maatschappelijke stage.

'De materie voorbij' lijkt mij de enige uitweg. Maar daarvoor moet je wel een stap (willen) maken in de piramide van Maslov. De laatste, naar het zingevingniveau. Gaan begrijpen, ervaren, voelen dat nog meer materie jou niet gelukkiger gaat maken. Gekoppeld aan het nemen van verantwoordelijkheid voor je eigen leven kan dat nog veel moois opleveren. Maar die stap kun je niet afdwingen, ook – of juist? – de politiek niet.

Laten nog veel meer mensen nog veel rijker worden. Dan word je het vanzelf een keer zat. Ik geef toe, dit is allemaal op termijn. Voorlopig blijft het tobben om je heen. Trek je daar vooral geen bal van aan. Ga iets leuks ondernemen. Iets waar jij blij van wordt. Dat jou vervult, omdat een ander er iets aan heeft, ook weer blij van wordt.

De politicus die met de nodige humor een lange neus naar alle klagers durft te trekken zou het nog wel eens ver kunnen schoppen. Iemand die ons laat (in)zien hoe zot is het is om zoveel te klagen en zo bang te zijn. Of kun je dat van niemand vragen? Moeten we het gewoon zelf doen?

Twitter Delicious Facebook Digg Stumbleupon Favorites More