Wonderlijke tijden. Verstoring van de bestaande orde. Wat voor jou belangrijk is wordt bedreigd – en je zoekt steun, houvast, geborgenheid. Je behoefte aan zekerheid groeit, maar waar vind je die nog? De werkelijkheid schreeuwt je toe: ’Je bent op jezelf aangewezen!’ Ben je dus alleen? Nee! Want we zijn hier samen. Niemand is alleen. En we hebben elkaar nodig. Meer dan ooit. Deze tijd vraagt om tevoorschijn komen. Laten zien wie je bent. Je niet meer verschuilen maar meedoen. Inbrengen wat jij kunt bijdragen – door te doen waar jíj blij van wordt. En je door niets of niemand meer bang laten maken. Wanneer je de moed kunt opbrengen om voluit te leven – recht uit je hart, en geholpen door je hoofd – ben je minder alleen dan je denkt. Dan kun je steun, houvast en geborgenheid ervaren. Bij jezelf, en bij de ander. En dan heb je ook wat te geven – dan geef je wie jij in wezen bent.

dinsdag, mei 29, 2007

Het Sonja Bakker Effect


Sonja Bakker krijgt voor elkaar wat geen overheidscampagne ooit vermocht: Nederlanders massaal laten lijnen. Ze draagt bij aan het beperken van de kostenstijging in de gezondheidszorg en wordt ondertussen zelf miljonair. Ze laat ook zien dat de Nederlandse instituties niet meer werken. Die lijden ook aan overgewicht en onbewegelijkheid. Een dieetadvies aan het nieuw kabinet: Zomerslank met Sonja!

Binnenkomen op nummer 1. Dat wil elke auteur. Een miljoen exemplaren verkopen van je eerste boek. Dat is een Nederlander nog nooit gelukt. Sonja Bakker is er hard naar op weg. Waarschijnlijk in de loop van dit jaar. Ze gaat nu de Duitse markt op. Nadat ze bij de nonnetjes in Vught is geweest en in Duitsland in heel veel winkelwagentjes heeft gekeken om de eetgewoonten van de Duitsers beter te begrijpen. Ze heeft inmiddels zeven miljoen euro op haar bankrekening. Rijdt geen oude Twingo meer maar een gloednieuwe Audi TT. Maar woont nog steeds in haar doorzonwoning in Spierdijk.

Sonja blijft eenvoudig. En Sonja doet normaal. Dat is ook haar boodschap: beweeg genoeg, eet niet teveel en zorg voor afwisseling. Zo simpel? Zo simpel! Sonja is gewoon en ze houdt het simpel. En Sonja durft te genieten van haar succes, uiteraard met mate. Dat is genoeg om heel veel Nederlanders voor haar en haar aanpak te laten vallen. Honderdduizenden vallen een veelvoud af. Dat is ook genoeg om anderen jaloers te maken. Een minder succesvolle gewichtsconsulente beschuldigt Sonja van plagiaat en het Voedingscentrum zegt dat Sonja’s methode geen aantoonbaar blijvend resultaat oplevert.

Je zult toch het Voedingscentrum zijn. Al jaren bezig, met veel subsidie en overheidssteun, om Nederlanders gezonder en gevarieerder te laten eten. Je weet dat je iets doet dat belangrijk is, je zet je in voor de publieke zaak. Je weet je gesteund door de overheid, daar ben je tenslotte door opgericht, ooit jaren geleden. Je weet ook dat institutionalisering dreigt en dat je bij moet blijven. Dus vernieuw je de schijf van vijf. En je zet een test op je site, je ontwikkelt een interactief spel en geeft een koelkastmagneet weg bij de nieuwe brochure, die je ook nog in prijs verlaagt.

En dan is daar Sonja Bakker. Geen doctorandus, niet eens diëtiste. Nee, een conulente met een LOI-opleiding. Ze werkte op kantoor bij Christine le Duc. Inderdaad, van de sexlingerie en de Tarzans. Dochter van een bloembollenboer. En zij krijgt voor elkaar wat nog niemand gelukt is. Nederlanders massaal laten lijnen. Door een begrijpelijke methode te ontwikkelen. Genoeg bewegen, met mate en afwisselend eten. Geen gedoe en gereken met koolhydraten en eiwitten, vetten om op te letten. Geen schijf van vijf. Gewoon uitgespeld wat je op een dag mag eten. Precies wat veel mensen willen.

Ik heb een SAS-dag, hoorde ik een tijdje geleden voor het eerst. Het ging niet over skandinavisch vliegen. Hij had een Schijt Aan Sonja die dag. Hij was aan het sonjabakkeren en liet me trots zijn nieuwe kleren zien. Kijk, hier zat een buik: Dat kon ik me inderdaad herinneren. Een kilo per week eraf. Twaalf kilo bij elkaar. Dankzij Sonja! Nu ging hij stoppen met roken. Zijn vrouw deed ook mee. En wat blijkt. Mensen zoeken steun, helpen elkaar. Thuis, op het werk, via het internet. Kijk even op Sonja haar eigen site. Groepjes, streefgewichten, weekresultaten.

Als ik minister van Volksgezondheid was dan wist ik het wel als het gaat over overgewicht. Hou op met alle campagnes, stop het ontwikkelen van beleid. Vergeet belasting op ongezonde producten. Schrap het woord stimuleren uit alle nota’s en notities. Het is een illusie dat de overheid iets kan doen aan het uitdijen van de Nederlanders. Dat kunnen mensen alleen zelf. Als ze echt willen, een reden hebben: dik genoeg zijn, onbewegelijk worden, zich vies en vadsig voelen. Of in de ziektewet of de WIA terechtkomen. En dan hebben ze behoefte aan iemand die hen begrijpt. Aan Sonja.

Sonja Bakker laat met haar drie boeken in de boekentop vijf (en haar spaarrekening!) zien dat geïnstitutionaliseerd Nederland steeds minder werkt. En dat eigen initiatief en ondernemerschap wel werkt. Haar basiskennis deed ze op bij het LOI, een schriftelijke opleiding, zelf betaalt. Ze begon een eigen praktijk aan huis als gewichtsconsulent. Na acht jaar schreef ze zelf op wat ze wist. In de vorm van negen weekmenu’s. Ze leurde er mee langs uitgeverijen. Niemand wilde het hebben. Ze heeft het tenslotte samen met haar man zelf uitgegeven, in eigen beheer. Met geleend geld. De rest is geschiedenis.

dinsdag, mei 22, 2007

‘Dan moet je subsidie aanvragen!’



Onze kinderen hebben een rockband: All Missing Pieces. Ze zijn veertien, twaalf en tien. Spelen gitaar, drums en bas. Dat hebben ze zichzelf geleerd. Ze hebben hun instrumenten ook zelf gekocht, net als hun apparatuur. Daar hebben ze voor gewerkt en gespaard. Ze schrijven hun eigen nummers. ‘Coverbandjes zijn er al genoeg.’ Ze oefenen bijna elke avond, op zolder. De buurt verdraagt het. En veel buren zijn trots, op de jongste rockband van Den Haag. Misschien wel van Nederland.

Ze regelen hun eigen optredens. Beter gezegd, de optredens komen naar hen toe. Ze speelden al in het Haagse stadhuis en het Museon, in het Paard van Troje en Café de Paap. Ze spelen alleen op plekken die voor iedereen vrij toegankelijk zijn. Zoals op 23 juni op de Grote Markt. Ze staan in de Haagse kranten, zijn op de Haagse tv en te vinden op allerlei Haagse sites. En nu ook live op de Nederlandse televisie. Bij de VPRO, in Villa Live, op eerste pinksterdag. Zo vieren ze hun eigen Pinkpop.

Via het internet maken ze dagelijks vrienden. In heel Nederland, in Europa, tot in Amerika. Vaak volstrekt onbekenden die hen weer verder helpen. Want elkaar helpen en geholpen worden, dat is hun wereld. Via MySpace en Hyves. Muziek en filmpjes op het net zetten. Via YouTube. Die worden door anderen dan weer op hun MySpace en Hyves gezet. Etc. etc. Optreden, demo’s opnemen, muziek en filmpjes op het net zetten, weer optreden, meer demo’s, dat is hun business model. Aanstekelijk en wederkerig.

Een van onze buren is ambtenaar bij Economische Zaken. Hij denkt in termen van innoveren en stimuleren. Hij hoorde vorig jaar van de drummer over hun plannen voor een geïsoleerde studio. Ze wilden misschien aandelen, Pieces, ‘studiostukken’ van 100 euro gaan uitgeven om hun studio te financieren. Maar voor de EZ-ambtenaar dat hoorde was zijn spontane reactie al: ‘Dan moet je subsidie aanvragen!’ Daar had de jonge ondernemer nog nooit van gehoord.

‘Weten wat je wilt, doen wat je kunt'


Als je je leven durft om te gooien, kom je beter in je vel te zitten. André Meiresonne ervoer dat, toen hij zijn managementbaan opgaf en voor zichzelf begon. Om zijn ervaringen te delen met anderen, schreef hij het boek ‘Zin! Leidinggeven aan jezelf en anderen’.

Tekst en foto: Lilian van Dijk, voor Haag West Nieuws

Zin! Is het eerste boek van André Meiresonne. Hij is net 51 jaar geworden. 'Ik heb het gevoel dat ik pas net begonnen ben. Dit is wat ik wil. En ik kan het nu ook. Hiermee ga ik verder de diepte in.' Het rijpingsproces voor Zin! duurde vijf jaar en mondde uit in een creatieve explosie. 'Ik had het al die tijd al bij me.' Zomer 2006 schreef hij het boek in vijf weken tijd. 'Het rolde als vanzelf eruit. Ik ben toen nog vijf weken met de vormgeving bezig geweest, samen met jacky-o uit Rotterdam. Ik ken geen ontwerper die zo flexibel is en zo open staat voor suggesties. En nu ga ik door. Ik wil nog een boek schrijven.'

Wat hij in Zin! beschrijft, heeft Meiresonne in die periode zelf geleerd en al doorgegeven in workshops. Het is een bijzonder boekwerk geworden, dat op het eerste gezicht lijkt op een extreem dicht cahier waarin je in de jaren zestig je huiswerk maakte. Het bestaat uit korte hoofdstukjes. Het zijn impressies, gedachtespinsels, ervaringen in het gezin en op het werk, geïllustreerd met van alles en nog wat, van foto’s van bekende personen uit de vorige en deze eeuw tot badeendjes en speelgoedfiguurtjes en abstracte kunst. Teksten van hemzelf of van anderen, die hem inspireerden of aan het denken zetten. Omdat het allemaal minihoofdstukjes zijn, kun je het gemakkelijk even oppakken, wat lezen en het neerleggen tot een volgend moment dat je even tijd hebt. Dat betekent niet, dat er geen lijn in zit. Deel I, Zin krijgen, gaat over bewust worden van jezelf en je omgeving. Deel II Zin hebben, heeft als subtitel Weten wat je wilt en doen wat je kunt en het derde gedeelte, Zin geven, spoort de lezer aan met: ‘En nu aanpakken’.

Meiresonne verklaart zijn missie met dit boek als volgt: 'Ik wil mensen een handje helpen om zichzelf beter te leren kennen om daardoor makkelijker met andere mensen te kunnen omgaan. Minder gedoe, meer plezier. Ik weet uit eigen ervaring dat je jezelf behoorlijk in de weg kunt zitten.' Maar je kunt jezelf ook verder helpen. 'Als je jezelf durft aan te kijken voor de spiegel en ziet wie je bent, met inbegrip van je vervelende kanten, zul je merken dat een heleboel gedoe om je heen zich oplost.' Meiresonne is ervan overtuigd dat mensen veel problemen zelf creëren. Zijn advies: 'Kijk wat je er zelf aan bijdraagt. Andersom kun je dieper doordringen in wie je werkelijk bent. Veel mensen zijn heel wat leuker en aardiger dan ze van zichzelf denken. Ze lopen met een negatief zelfbeeld rond. Dat is doodzonde.' Mensen leven te veel in hun hoofd, vindt Meiresonne. 'Ze hebben er grote moeite mee om echt te voelen wat ze voelen. Hun gevoel is afgesloten en daarom kunnen ze ook niet voelen wat anderen voor hen voelen. Ze kunnen geen liefde ontvangen. Als een ander iets aardigs tegen hen zegt, denken ze steeds: dat zeg je nou wel, maar dat doe je alleen maar om. Zo blijft hun negatief zelfbeeld in stand. De angst om te voelen wat ze voelen en dat te tonen, zit hen in de weg. Zelf worstel ik er ook nog dagelijks mee.'

'Ik heb liever een leuke vent die te weinig verdient'


Meiresonne ziet hoe mensen zich anders opstellen in hun werksituatie. 'We komen binnen, hangen onze jas op en trekken ons terug in ons hoofd. Dan worden we van die rationele, koude, calculerende, bange mensen. Het lijkt wel of we niet meer normaal kunnen doen.' Je zou jezelf eens wat kritische vragen kunnen stellen, vindt hij. 'Wat zou er gebeuren als we op het werk even hartelijk, leuk en aardig zou doen als in onze vrije tijd? Hoe komt het dat we dat alleen kunnen tonen als we bardienst hebben bij de voetbalvereniging? Waarom zijn we om negen uur iemand anders dan toen we om half negen de kinderen naar school brachten? Waarom verstrakken we?' Hij geeft zelf het antwoord: ‘Dat gedrag hebben we heel lang geleden aangeleerd, omdat het ons voorgedaan is. Kopieergedrag heet dat. We doen anderen na. Onze vader, moeder, leraar, de dominee, de boven-ons-gestelden.'

Meiresonne weet hoe je dat gedragspatroon kunt doorbreken: 'Sta stil bij jezelf. Vraag je af: wat ben ik aan het doen? Wat voel ik erbij? Vraag je zelf drie maal daags af: Wil ik dit wel? Kan dit ook anders? Word ik hier blij van?' Het antwoord is vaak nee. 'Dan gaan alle luiken dicht, want we zijn bang voor dat antwoord. Ja maar, denk je dan, zo hoort het toch? Zo gaat het nou eenmaal. Hoe moet ik anders de kost verdienen?' Meiresonne ervaart dat vaak in gesprekken met mensen tussen de 40 en 50. 'Als ik hen vraag: ‘Waarom ga je dan niet iets doen wat je wel leuk vindt?’, beginnen ze over de huur of de hypotheek, of over wat het kost om de kinderen te laten studeren. En daarmee is het einde gesprek.' Meiresonne gelooft niet dat die financiële overwegingen een belemmering hoeven te zijn. 'Als je echt gaat doen wat je het liefst wilt en waarin je goed bent, zul je zakelijk gezien zelfs misschien nog succesvoller zijn en als mens gelukkiger. Iedereen heeft een kwaliteit, iets bijzonders, iets te bieden. De kunst is om door te dringen in wat jouw eigen ding is, wat je het allerliefst doet. Jouw bijdrage. Waarom zou een ander blij zijn met jou? Kun je daarbij komen?'

Meiresonne heeft zelf in die situatie gezeten. 'Ik heb ook al mijn zekerheden opgegeven. Ik was manager, mijn vrouw had een goede baan. Op een dag hebben we gezegd: ‘Het is mooi geweest.’ Ik was bijna vijfenveertig. Ik ben toen voor mezelf begonnen, niet gehinderd door enige kennis van zaken.' Wat ook heel belangrijk is: 'Je laat je status los. Je hoeft bijvoorbeeld niet op wintersport. We komen nu met z’n vijven met minder rond dan toen we met z’n tweeën waren. Wij hebben nog maar één auto, een ouwetje vol krassen en deuken. Hij rijdt heerlijk. Je kunt met minder toe dan je denkt.' Veel mensen zijn er tegenwoordig mee bezig, weet Meiresonne. 'Ze doen niet langer mee met de race naar de top.' Als echtpaar moet je vertrouwen in elkaar hebben. 'M'n vrouw Léonne zei: ‘Ga alsjeblieft iets doen waar je hart naar uit gaat. Ik heb liever een leuke vent die te weinig verdient dan een vervelende die genoeg verdient.'

Zie je ballast van vroeger als bagage, iets waaruit je kunt putten als jij dat wilt

Een sleutelvraag die je jezelf kunt stellen als je bang bent om uit een vertrouwde, maar onbevredigende arbeidssituatie te stappen is, volgens Meiresonne: 'Van wie moet ik dit? Dan kom je bij je oude voorbeelden: je vader, je moeder, je leraar, de dominee. Het gaat ook over bevrijding van je verleden zonder dat je blijft hangen in boosheid. Dat helpt toch niet.' Je moet er anders mee omgaan: 'Zie je ballast van vroeger als bagage, iets waaruit je kunt putten als jij dat wilt, maar wat je ook in een kluis op het station kunt achterlaten. Dit heeft me tot hier gebracht en nu ga ik mijn eigen leven leiden.' Doorbreek het patroon, spoort Meiresonne aan: 'Het grootste cadeau dat je je kinderen kunt geven is het verbreken van die eindeloze keten die van generatie op generatie wordt doorgegeven van wat er allemaal moet. Daarmee geef je ze de vrijheid om zelfstandig keuzes te maken en hun eigen leven in vrijheid te leiden. Je geeft ze de ruimte.'

Veel mensen zijn doodsbang voor een crisis, weet Meiresonne. 'Je hebt dan de neiging om eruit te willen, maar als je niet durft door te gaan tot op de bodem, kom je in een volgende crisis terecht. Zo ga je van crisis tot crisis. Als je de moed hebt om echt tot op de bodem te gaan, komt het inzicht wardoor je je leven wit veranderen. Je gaat beslissingen nemen: nu ga ik het eens anders doen. En nou is het mooi geweest. Afgelopen, klaar! Je moet het spuugzat zijn.' Na die woede kom je op een punt dat je hardop zegt: ‘Ik weet het niet meer’, aldus Meiresonne. 'Dan weet je dat je op de bodem zit. In die overgave, vanuit dat niets, komt het verlossende inzicht en kun je weer gaan groeien. Dat heet transformatie. Je komt op nieuwe ideeën, krijgt heldere inzichten, ruimte om een volgende stap te zetten.' Meiresonne raadt iedereen aan zijn leven in eigen hand te nemen. 'Je kunt de moed in jezelf vinden. Soms word je van buiten geholpen, bijvoorbeeld als je eruit gegooid wordt bij een reorganisatie of je partner gaat bij je weg. Beleef een crisis niet alleen als iets ellendigs, maar ervaar de mogelijkheden, grijp je kansen. Ga niet bij de pakken neerzitten. Het kan, ik heb het zelf meegemaakt.'

maandag, mei 07, 2007

Help! Een burgerinitiatief


"Gemeenteambtenaren weten zich nauwelijks raad met actieve burgers. Daarom sneuvelen veel initiatieven al in de planfase. En dat terwijl zelfs in het nieuwe regeerakkoord staat dat burgerinitiatieven zo belangrijk zijn: 'De overheid laat burgers ruimte om initiatief te nemen en rust hen toe om voluit mee te doen'. Maar hoe doe je dat, ruimte geven? Wie zijn die actieve burgers eigenlijk en wat kunnen ambtenaren van hen leren?"

Daarover gaat de publicatie Help! Een burgerinitiatief, waaraan ik op uitnodiging van Jornt van Zuylen van InAxis, Commissie Innovatie Openbaar Bestuur met veel plezier heb meegewerkt. Tientallen mensen die daadwerkelijk ervaring hebben met de zgn. derde generatie burgerparticipatie (oeps, wat een begrip!) komen aan het woord, honderden geslaagde voorbeelden passeren de revue. Meer dan honderd pagina's praktijklessen, columns, schema's, theorie, literatuur, portretten, perspectieven en een behartenswaardig nawoord van Pieter Winsemius. Je kunt de hele publicatie, barstensvol informatie, ideeën en wetenswaardigheden, meningen en opvattingen bestellen en downloaden.

Dr Jurgen van der Heijden van AT Osborne en Universiteit van Amsterdam moet even apart genoemd (en geroemd). Jurgen is NL Kampioen Opsporen & Duiden Burgerinitiatieven, een wandelende databank. Zonder hem was dit boek er niet gekomen. Hij is een bijzonder mens die het verdient om binnenkort bijzonder hoogleraar te worden.

Initiatiefnemer en ambtenaar Jornt van Zuylen kent de weerbarstige gemeentepraktijk vanuit de Rotterdamse (dus heftige) realiteit. Hij had het lef de publicatie aan te bieden aan twaalf 'burgerhoogleraren' van de Pendrecht Universiteit. U weet wel: het Rotterdamse Pendrecht, zo'n dramatische wijk, een van die vermaledijde veertig. En wat trof ik daar: een zaal vol mondige, zeer zelfbewuste mensen die bijzonder goed weten wat wel en niet goed is voor hen en hun wijk. Niks zielig, niks triest. Mensen die bijzonder trots zijn op 'hun' wijk en volop mogelijkheden zien. Waar je maar beter naar kunt luisteren. Scheelt ambtenaren een hoop werk. De burgerhoogleraren gaven het boek en de auteurs ongezouten kritiek, maar ook lof en prijs en uiteindelijk gemiddeld een acht. Die is binnen!

Hieronder vind je een column van mij die in de publicatie is opgenomen. Gestrooid door het boek kun je ook nog een aantal 'Prikkelingen' lezen. Acht pogingen tot humor en relativering in een wereld die daar niet direct om bekend staat. Confronterend ook wel. Met hulde aan InAxis om het te plaatsen. Wie zegt dat de overheid niks durft? Hieronder 'Op het andere been' (incl. wat prikkeling). Voor veel meer, van al die anderen, en minstens zo interessant, zo niet vele malen interessanter: bestellen of downloaden maar dat hele boek!


W a a r s c h u w i n g !

De hieronder volgende tekst verwoordt niet noodzakelijkerwijs de mening van de verantwoordelijke bewindspersoon.


Sterker nog, de redactie distantieert zich nadrukkelijk van deze al te gemakkelijke opvattingen die geen enkel recht doen aan de enorme complexiteit van de materie waar hardwerkende ambtenaren dagelijks mee te maken hebben. Wij nodigen u van harte uit om afstand te nemen van deze tekst door duidelijk, bij voorkeur met een fluorescerende markeerstift, aan te geven met welke passages u het niet eens bent.


Op het andere been

Ambtenaren willen besturen. Daarom heeft u gekozen voor werken in het openbaar bestuur. U studeerde misschien bestuurskunde, bestuursrecht, bestuurswetenschappen. Besturen is uw ding. En besturen doe je vanuit één punt. Net als een auto, die heeft ook maar één stuur. Zo bestuurt de regering dit land, en het gemeentebestuur de gemeente. Toch? Niet dus. Was het maar zo! Dan was het bestuurlijke leven nog overzichtelijk. Dan was uw dagelijkse werk een stuk minder ingewikkeld.

De sturing van onze samenleving gebeurt steeds minder vanuit één punt. Met het complexer worden van onze maatschappij verdwijnt de centrale sturing. De macht raakt verdeeld over steeds meer mensen, de macht zoekt de breedte en gaat naar beneden, de macht versnippert over steeds meer partijen en spelers. Steeds meer mensen krijgen het voor het zeggen omdat ze zelf willen bepalen hoe hun leven en hun omgeving eruit ziet. Ze nemen zelf het heft in handen. Ze willen hun eigen zaakjes oplossen. Zonder asociaal te worden. Juist niet.

De Republiek
Voor zover er natuurlijk ooit centrale sturing is geweest in Nederland. Want als er een ding is waar Nederlanders niet tegen kunnen is het centrale sturing. Even ter opfrissing: de Republiek der Zeventien Nederlanden ontstond uit een opstand tegen het centrale gezag van de Spaanse koning. En ook nu is Nederland om met Prins Claus te spreken ‘een republiek met een koning’. En die koning mag er zijn zolang hij maar niet doet of hij de baas is.

Het aantal ‘sociale’ initiatieven groeit exponentieel. Maatschappelijk verantwoord ondernemen heet dat. Of sociale innovatie. En dat kan heel profijtelijk zijn. Met uitgekiende zorg kun je geld verdienen. Of budget overhouden voor ‘leuke dingen’. Zonder subsidies kun je ook overleven. Sponsoring is vaak interessanter: het geeft meer vrijheid en minder gedoe. Succes is minder afhankelijk van politieke grillen en meer van de kwaliteit van je contacten. Welkom in de netwerksamenleving. En wat valt er daarin nog te besturen?

We hebben in de 20e eeuw met elkaar een reflex ontwikkeld: de Overheids Reflex. ‘Daar moet de overheid nou eens iets aan doen’, ligt menigeen in de mond bestorven. Een item op het journaal of een bericht in de krant leidt in veel gevallen tot een Kamervraag met de bekende formulering ‘Is het de minister bekend dat’ (volgt de korte inhoud van het televisie-item of het krantenbericht). Het antwoord is uiteraard ‘Ja’. ‘En wat denkt de minister daaraan te gaan doen?’ Wat zou het een verademing zijn wanneer de minister dan ‘Niets’ zegt. En uitlegt dat de overheid daar niet over gaat.

Particuliere initiatieven
Tot de 20e eeuw was het gros van wat nu onder de ‘spending departments’ valt een kwestie van particulier initiatief. In de vorige eeuw draaide dat gegeven om. De overheid nam het met goede redenen over. Inmiddels heeft de overheidszorg zijn grenzen bereikt. En aan het begin van een nieuwe eeuw komt het (blijkbaar onuitroeibare!) particulier initiatief weer boven. Bijna een eeuw lang het primaat van de staat: sociale zaken, gezondheidszorg, onderwijs en cultuur. En juist op die terreinen schieten de initiatieven als paddestoelen uit de grond. De Voedselbanken, de Weggeefwinkels, de Van Harte Resto’s, de Thomas Huizen, de Iederwijs Scholen, de Joop van de Ende Foundation. Er komt (bijna) geen ambtenaar aan te pas...


Bespiegeling: Wat is uw mening over bovenstaande column?

Ik vind deze column:
- Onzin
- Links geleuter
- Wishfull thinking
- Goed spul!

Ik ga:
- Deze column snel vergeten
- Mijn eigen column schrijven
- André mailen dat ik het volledig met hem eens ben (a.meiresonne@planet.nl)
- André mailen dat hij niet goed wijs is (a.meiresonne@planet.nl)

Twitter Delicious Facebook Digg Stumbleupon Favorites More